donderdag 24 januari 2019

Vijfenvijftig

Ik word straks vijfenvijftig. Het ziet er gewichtiger uit als je het voluit schrijft. Voor velen rondom mij is het een leeftijd om ‘het rustiger aan te doen’ en ‘uit te bollen’. Het is ook vaak een levensfase waarin mensen een beetje zelfgenoegzaam kijken naar wat ze ‘bereikt’ hebben. En het is onder mijn generatiegenoten dat het cynisme en de ‘ikkegheid’ (zoals Dirk De Wachter het noemt) hoogtij vieren.
Daar tegenover staan een paar nieuwe generaties, die zich steeds sneller lijken op te volgen. Steeds weer nieuwe trends van trendwatchers die vooral de kunst verstaan van hypen. Maar ook frisse gezichten en fris denken die mij en mijn generatiegenoten uitdagen.
Ik behoor tot  de allerlaatste lichting van de babyboomgeneratie, een generatie die geleefd heeft met ‘perfect timing’: te laat geboren om in de oorlog keuzes te maken (of weet van te hebben), net op tijd om  mateloos te profiteren van de ongebreidelde groei tijdens ’Les Trente Glorieuses’ om dat vervolgens aan eigen merites toe te schrijven, en net op tijd dood om de gevolgen van die Bacchanalen niet meer mee te maken en af te schuiven op de volgende generaties.
Ik doe daar niet aan mee. Ik heb het gehad met de witte, grijze mannen die denken de wijsheid in pacht te hebben maar niet verder komen dat wat valse zekerheden en veel spaargeld, die alleen zorgen voor zichzelf (en de ‘clan’) en die hun cognitieve dissonantie verdringen in 20ste eeuwse aannames over theorieën uit de 19de eeuw die zelf nooit lazen.
Ik heb in de voorbije 10 jaar talloze jongeren, en minder jonge mensen, ondersteund in hun ondernemerschap, in hun groei en in hun ontwikkeling als business mama. Ik heb de voorbije jaren menig onbetaald mandaat opgenomen en daarmee de verantwoordelijkheid genomen voor het ontwikkelen van een stukje sociale en economische infrastructuur die de volgende generaties nodig zullen hebben om te kunnen functioneren, om hun OIKOS te organiseren.
En ik zal in de volgende 10 jaar mij steeds laten uitdagen, mezelf regelmatig opnieuw uitvinden en altijd leerling blijven.  Terwijl ik toch ook leermeester ben. Ik zal blijven ontwikkelen en inspireren, blijven ontmoeten en verbinden.
Ik doe geen moeite om ‘forever young’ te lijken via mijn uiterlijk. Ik ben forever young zolang ik samen met jonge mensen mag ondernemen en de wereld mee vorm geven. Dat deed ik al en dat zal ik blijven doen. Zonder dat ik nu al weet waar het mij heen brengt. Maar de reis is zoveel interessanter dan de aankomst...

woensdag 1 maart 2017

complimenten dag

Wij vullen de dagen,
de bekers met gaten
als communicerende vaten
met mogelijke momenten.

We dragen de vragen
van elders, van morgen
en leggen onze woorden
in zijdezachte zorgen.

We dansen om de hete brij,
kijken schielijk langszij,
fluisteren, uiteindelijk,
een concertino complimenten.

Alsof we zelf nog moeten wennen
aan de klank van overvloed.

maandag 13 februari 2017

Het einde van De Natuurfrituur! Of niet?

Beste fans, beste coöperanten, beste klanten, beste lekkerbekken Het zit er al lang aan te komen, maar ik kan het niet langer uit de weg gaan: De Natuurfrituur stopt haar activiteiten omdat ik ziek ben. Zo kan het leven lopen... Bij deze wil ik iedereen bedanken die ooit op één of andere manier betrokken was bij dit project. Op de een of andere manier hoop ik jullie nog te ontmoeten en persoonlijk te bedanken. De volgende maanden zullen gevuld zijn met het zoeken naar een overnemer en of de verkoop van de auto en andere onderdelen van het bedrijf. Ook de ontmanteling en terugbetaling aan de coöperanten zal in de komende maanden geregeld worden. Gelukkig is er geen sprake van een faillissement, er zijn immers geen schulden (meer), slechts lopende kosten. Zo kan ik eervol dit afronden, wat ik zelf heel belangrijk vind. Ik weet dat ik de voorbije tijd niet of nauwelijks gecommuniceerd heb, maar de emoties die bij zo'n beslissing komen kijken zijn niet gering. Ik had overigens goede hoop dat de collega's uit de sociale economie dit project zouden verder dragen, maar zij hebben ervoor gekozen dit niet te doen. Lieve mensen, gun mij de tijd om dit mooi af te ronden, inclusief alle implicaties. Als iemand ondertussen suggesties heeft (en centen) om dit project over te nemen en in leven te houden, dan hoor ik het graag via info@denatuurfrituur.be.

donderdag 25 augustus 2016

Over actief burgerschap (voor Christof Calvo)

Ik heb ooit voor Sociumi gewerkt, een ter ziele gegane vzw rond ‘actief burgerschap’ in de schoot van de liberale, humanistische beweging. We hebben campagnes gemaakt. En we hebben het gehad over wat dan is : actief burgerschap. En wie actief burger is. En wie dat zou kunnen zijn, op één of andere manier. Ik ben ook een ervaringsdeskundige in de kansarmoede. Ik heb dus, structureel, armoede en kansarmoede ervaren. Ik heb die ervaring verwerkt en uit ervaring geput om onderzoek te doen en actie te ondernemen om kansarmoede beter te begrijpen. Ik heb verschillende dingen gedaan, en één ervan is het ontwikkelen van een instrument om kansarmoede (op de werkvloer) beter te zien en te begrijpen (kijken naar kansarmoede op de werkvloer, Diversiteit managers, Vlaamse Overheid). Ik ben daarbij vertrokken van 3 K’s: kansen, vijf soorten menselijk kapitaal en en drie (basis)krachten. Ik heb gekeken naar de individuele dimensie en naar de structurele dimensie. En ik heb geprobeerd een aanzet te geven tot het onderzoeken van de wisselwerkingen tussen dat alles. Het is een conceptueel kader geworden omdat er geen financiering was om dat verder uit te werken, dit terzijde. Ik ben zelf een actief burger. Ik ben dagelijks bezig met ‘verbinden’, met name via delen (oa via allerlei deelsystemen), via eten en drinken, via sociale media, door te ondernemen, door politiek kleur te bekennen en zelf kleur aan te brengen waar ik kan. Ik nam ook deel aan de G1000 en heb het proces dus kunnen observeren. Daarnaast heb ik ook inspiratie gehaald uit David Van Reybroek’s pamflet ‘voor meer en beter populisme’. Zijn recente werk ‘over verkiezingen’ ligt klaar op de plank. Maar ook Chantal Mouffe, Alicja Gescinska, en nog wat denkers hebben mij geïnspireerd. Vergeef mij dat ik hun begrippenkader citeer, net omdat het zo ‘juist’ en ‘precies’ is. Verder dan één van de pioniers zijn van de Groene Partij in Vlaanderen rijkt mijn mandaat niet. Misschien dat ik louter als denkend en handelend wezen ook wel een mandaat heb? Tot daar de introductie. Maar wat is burgerschap dan en waarom is het hier en nu, bijna op een acute manier, zo belangrijk? Zo belangrijk, dat het blijkbaar nodig is om ‘out of the blue’ daar boude uitspraken over te doen? Mijn vaststelling is dat wij al veel eerder, zo rond de eeuwwisseling, ons sociaal contract jegens elkaar en jegens de instituties (staat, politiek en overheid als één pot nat) hebben opgezegd. We zijn geëvolueerd van een herverdelend, solidair systeem, naar het verzekeringsbeginsel. We zijn geëvolueerd van een sterke gemeenschapsvorming rond de zuilen (vakbond en kerk) naar een ‘geatomiseerde’ samenleving. We zijn geglobaliseerd in de hoofden maar weten amper waar ons lichaam zich bevindt. Velen zijn amper of niet verbonden met zichzelf, laat staan met ‘de’ ander of ‘de’ samenleving. Komt daar nog bij dat een relevant deel van de bevolking nog maar weinig herkenbare identiteit heeft met rituelen, symbolen en al. De seculiere samenleving heeft een gat geslagen in (valse) zekerheden , de daarmee gepaard gaande rituelen en dito leidraad voor het leven. Niet dat we daar terug moeten naar verlangen, maar het is wel belangrijk om te benoemen wanneer het gaat om de analyse van het ‘tekort’ aan burgerschap waar iedere welmenende middenklasser over valt. Burgerschap is voor mij veel meer dan niets (bewust) illegaal doen en naar het stemlokaal trekken, of onvermijdelijk belastingen betalen. Burgerschap is voor mij het politiseren van het dagelijks leven : mijn levenswijze is een politiek statement en tezelfdertijd het resultaat van een politiek klimaat en politieke interventies. Burgerschap is dus reflectief en kritisch. Dat is dus nogal wat! En dat vraagt heel wat vaardigheden, tijd,inzet, goesting, krachten, etc. van een mens (of een groep mensen). Het is dus niet zo evident dat iedereen zich burger voelt, zich als burger inzet voor de samenleving of zich gedraagt als deelgenoot van een samenleving. Om te beginnen wordt burgerschap bepaalt door een schaal tussen ‘ontmenselijking’ en ‘menswaardigheid’. Indien je ‘ontmenselijkt’ bent, en zo zijn er steeds meer mensen, dan ben je niet in staat om verder te komen dan je eigen overleven, zonder veel empathie voor anderen. Je kan als het ware de ander niet zien als ‘mens’ omdat je jezelf amper als ‘mens’ ervaart. Ik heb dit kunnen ervaren. Ontmenselijking is een proces waarbij je keer op keer en gedurende lange tijd niet gezien wordt, of je niet gezien weet, door ‘de ander’ in welke rol dan ook. Je bent eigenlijk een overbodige mens, met weinig identiteit, geen rol of mandaat en vaak ook een beperkt tot geen inkomen of koopkracht. Ook electoraal ben je niet ‘relevant’, net omdat je communicatief zo slecht bereikbaar bent. Wie ontmenselijkt is, zal ook ontmenselijken. Het is een vicieuze cirkel, zoals die van geweld. Wie geweld ondervindt , zal altijd geweld produceren, al was het maar naar zichzelf toe. Woede is een destructief recht en een sterke bron van energie. Menswaardigheid is dan weer de staat waarin je verkeert indien je een basisveiligheid hebt, indien je je gezien weet door de ander, indien je bevestiging krijgt van je bestaan (of je recht op bestaan), indien je je nuttig, waardevol en kundig voelt. Een menswaardig bestaan is geen garantie voor actief burgerschap, het is er wel de voorwaarde toe. En ontmenselijking is een sterk mechanisme dat het deelnemen als actief burger in de weg staat. Die ontmenselijking, dat geweld, die kansarmoede is een systemisch gegeven. We produceren met zijn allen uitsluitingsmechanismen, impliciete of expliciete drempels tot deelname en vooroordelen allerhande. In een persoonlijke poging om dat tegen te gaan, maak ik er een punt van om elke buschauffeur te begroeten, en de vuilnisman te danken voor zijn zeer nuttig werk. Indien de banken staken is daar niets van te merken, indien de vuilnisophalers staken is het meteen onleefbaar voor velen onder ons. Wat ik doe is symbolisch en heeft niet echt impact. Het is een voorleven van burgerschap. Maar een beleid, voortvloeiend uit een wervend leitbilt gebaseerd op een diepe, uitgewerkte ideologie, zou ontmenselijking wel tegen kunnen gaan, om te beginnen door het garanderen van basisrechten zoals wonen, (gezondheid)zorg, onderwijs en cultuur. Ik vermeld bewust ‘arbeid’ niet als basisrecht, omdat we langzamerhand wel weten dat herverdeling van meerwaarden niet langer tussen arbeid en kapitaal kan lopen. Maar dat terzijde. Het is dus niet aan individuen om ervoor te zorgen dat zij burgerschap - zelfs nog maar als concept- begrijpen, omhelzen, invullen en toepassen. Het is aan ons (ik bedoel de politiek, de overheid en het middenveld) om een infrastructuur (materieel en immaterieel) op te zetten om dat mogelijk te maken. En te beseffen dat een deel van de bevolking nooit zal toekomen aan (actief) burgerschap. In mijn huis (een soort gemeenschapshuis) woont een Syrische Vluchteling en één van mijn zonen is een ex kind soldaat uit Liberia. Door samen met hen, via hun ogen, te kijken naar ‘onze’ samenleving heb ik veel geleerd over de vooronderstellingen en de aannames die wij maken en die toch niet algemeen geldend zijn, ook niet voor vele autochtone Vlamingen. Ik kom regelmatig in een volkscafé, en daar zitten de mensen die geen greintje burgerschap meer voelen of aan de dag leggen. Onder andere omdat ze geen enkele ‘succes’ ervaring met de overheid hebben. Inderdaad, deels uit onvermogen. En de vraag is dan : moeten we iedereen ‘upgraden’ tot ze onze middenklasse taal, teken, ritueel en procedure snappen? Of moeten wij onszelf (beter) vertalen naar het volk? Maw: er is een grens aan de ontwikkelbaarheid van mensen en dat hebben we te respecteren, in weerwil van het humanistisch verlichtingsideaal. Pleit ik dan voor een louter collectieve, politieke aanpak die onze democratie, ons samenlevingsmodel moet redden? Neen, ik pleit voor een en/en verhaal. Dus ook voor een ‘individueel’ luik. Finaal komt het er op aan dat zoveel mogelijk individuen zichzelf ervaren als deel van een geheel, als deel van de samenleving, als deelnemer die een bijdrage levert. Persoonlijke ontwikkeling, o.a. (maar zeker niet alleen) via formeel onderwijs, is hierbij cruciaal. Maar niet zaligmakend. Want ook hier gaat het weer in galop met het ontwikkelingsoptimisme. En dan heb ik het niet over louter geletterdheid of socio-economische positie, maar evenzeer over kwetsbaarheid, gekwetstheid, wankele krachten of een gebrek aan krachten om het eigen leven vorm te geven. Kan je je dat inbeelden? Dat je geen kracht (meer) kan opbrengen om een eigen levensproject te ontwikkelen? En toch is het zo, voor heel wat mensen. Burgerschap is, wat mij betreft, niet een kwestie van gedeelde waarden en normen. Dat doet afbreuk aan het broodnodige agonisme die nodig is om de samenleving opnieuw te politiseren. Burgerschap is een kwestie van spelregels. Van vaardigheden en kennis om het spel te spelen. En als dat er niet is, om een stem te geven aan diegenen die dan toch het spel niet kunnen spelen. Of het nu om de aarde gaat, de dieren of de onmondige, ontmenselijkte mens. En die spelregels, dat is een collectief gegeven, gevat in wetten zoals de grondwet en EVRM. En ik, ik probeer te verbinden, elke dag opnieuw, één moment en één mens per keer. Niet alleen om aan te zetten tot actief burgerschap, maar ook om aan te zetten tot verbinden met zichzelf, en aan te knopen met het eigen bestaansrecht. Wie dat niet kent, kan dat bijna niet vatten, maar ‘mogen bestaan’ is niet een vanzelfsprekend gegeven als je voortdurend gewezen wordt op jouw disfunctie, je overbodig zijn, het nutteloze van jouw bestaan. Als je voortdurend gekleineerd wordt (en elkaar kleineert). Als je voortdurend mislukt (en die mislukkingen zich herhalen). Als je geen basis (psychologische) veiligheid hebt. En ook niet weet waar je volgende loonbriefje vandaan komt. En meer algemeen, als je voelt dat dit systeem aan het crashen is, er dus veel onzekerheid op je af komt en je niet weet hoe dat dan er uit zal zien. Natuurlijk erger ik mij aan zwerfvuil, nog niet in het minst op festival terreinen door Vlaamse jeugd, en aan de intellectuele armoede op FB. Maar meer nog dan ergeren, vraag ik mij af: hoe kunnen we ervoor zorgen dat mensen zich zo verbonden weten, dat ze niet achteloos met de dingen en met elkaar omgaan. En hoe kunnen we de ‘domheid’ zo begrijpen dat ze niet leidt tot destructieve politieke keuzes? Het mag dus gaan over burgerschap, zelfs over actief burgerschap. Maar dan als maatschappelijk project, niet als individueel boterbriefje…